Onthulling muurgedicht Vasalis

Verslag: Walter van Teeffelen

Afgelopen zaterdag, 8 juli, werd in de Kerkstraat een nieuw muurgedicht onthuld. Het was het gedicht ‘Zachter’ van Vasalis, waarin zij schrijft over strand, zee en een boom vol vogels. Voor het gedicht hing een zacht wiegend groen kunstwerk, als symbool voor de paradijsboom in het gedicht, gemaakt met groen gaas, groene buizen die eindigden in perfecte cirkels, en groene vogeltjes.

Was het een van de betere werken van Auke de Vries? Of was het wellicht gemaakt door de uitvinder van het Strandbeest Theo Jansen? Nee, het werk bleek te zijn gemaakt door Jan Hein Schouw, die deel uitmaakt van de Stichting ArchipelpoëZie. Het gedicht was alweer het dertiende in de reeks, vertelde Ruth van Rossum, de aanvoerder van de stichting.

Strand, zee, boom

We bleken ons te bevinden in een Haagse culturele Bermuda Driehoek, met achter onze rug het pand van Crossing Border, rechts de repetitieruimte van NT Jong, en vóór ons de witgeverfde muur met het gedicht en de paradijsboom. Het zonnetje scheen en mensen uit de buurt en erbuiten waren in flinke getale opgekomen.

Het gedicht was gekozen door de eigenaar van de muur, Pieter Hasekamp, zijn vrouw Katja en hun zoon Luc. Pieter Hasekamp: “We zijn gevraagd. We vonden het een leuk idee, want ons huis had een kale muur die vroeg om invulling. Een gedicht paste daar wel in, ook in deze omgeving. We kregen goede suggesties voor gedichten, maar zochten ook zelf. In de boekenkast van mijn ouders vond ik de bundel ‘Vergezichten en gezichten’ van Vasalis. Daarin las ik het gedicht ‘Zachter’ en ik wist meteen: dat is het. Het gaat over het strand, de zee, een boom, vogels, meeuwen. Het gedicht gaat met de titel en de oproep om meer te luisteren een beetje in tegen de tijdgeest, en dat leek me wel gewenst.”

De Lava

De letter van het nieuwe muurgedicht is de Lava, vertelde Ruth van Rossum. “Hij is ontworpen door Peter Bil’ak, die oorspronkelijk uit Tsjecho-Slowakije komt. Bil’ak, verbonden met de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten, werd geboren in 1973. Sinds 1999 heeft hij een eigen ontwerpstudio, Typotheque. Hij is een echte uomo universale. In 2004 ontwierp hij voor de PTT een iconische postzegel die een stilering is van Nederland, bezien vanuit een vliegtuig. In 2012 begon hij het magazine ‘Works that Work‘, waarvoor hij een nieuwe letter ontwierp. Dat is de letter die we gekozen hebben.” De keuze werd gedaan door Wilmar Grossouw, de ontwerper van de Stichting ArchipelpoëZie. Hij besloot de titel cursief te plaatsen, vanwege het ‘zachte’ van het gedicht.

Vader Leenmans

Maaike Meijer, Neerlandica en literatuurwetenschapper, specialist in gender en diversiteit, maar nu gepensioneerd, vertelde ons meer over Vasalis en haar leven. Ze schreef er een biografie over van maar liefst 898 pagina’s. “Vasalis is in Scheveningen geboren”, begon ze. “Haar vader, Hal Leenmans, was een veeleisende maar warme persoon. Hij onderwees geschiedenis aan het Gymnasium Haganum. Vaak wandelde hij met zijn dochter door deze buurt en dan vroeg hij haar ‘Wat lees je?’ Margaretha, vaker Kiekie genoemd, antwoordde dan bijvoorbeeld: ‘Herman Gorter’. Waarop haar vader reageerde: ‘Heb je nog niet het boek van Burckhardt over de ontwikkeling van de cultuur in de renaissance gelezen?’ ”

Vasalis’ ouders waren vrijzinnige socialisten. In Leiden ging Vasalis medicijnen studeren, en daarnaast etnologie, tegenwoordig is dat antropologie. Meijer: “Ze wilde tropenarts worden, weg uit burgerlijk Nederland”.

De waanzin

In haar dagboeken schreef ze: ‘Ich möchte mich verschwenden’, naar aanleiding van het bekende lied ‘Ich bin von Kopf bis Fuß’ van Marlene Dietrich. En ergens anders: ‘Ik zoek een ideaal, waar is het?’ Meijer: “Haar gedichten uit die tijd gaan over het zoeken naar de grens: de dood, geboorte, de zee. Ze kreeg les in psychopathologie en ontdekte de wereld van de waanzin, psychose en droom. Toen dacht ze: ‘Ik hoef niet meer naar de tropen. Het vreemde zit in onszelf.’”

Ze wordt psychiater in Santpoort. Ze is inmiddels getrouwd met Jan Droogleever Fortuyn. In de oorlog doet ze dingen in het verzet. Als haar zoontje sterft heeft ze daar veel verdriet van. Ze verwerkt het in gedichten. Maar naast verdriet is er ook plaats voor vreugde en vooral onverschrokkenheid. ‘Je moet voelen, daar gaat het om in het leven’, vond ze. Meijer: “Ze had twee levens: een buitenleven en een binnen-leven. De rode draad vormde het zoeken naar ontgrenzing. Op die manier kwamen bij haar dood en geboorte bij elkaar.”

Regressie

De stijlfiguur oxymoron, die twee tegengestelde dingen combineert, paste bij haar. “Ze was in zekere zin boeddhistisch, combineerde volheid met leegheid. Veel van haar gedichten kwamen voort uit haar dromen. Ze droomt de gedichten letterlijk, daarom komen ze zo natuurlijk over.”

Naar aanleiding van haar ervaringen in psychiatrisch ziekenhuis Santpoort schreef ze het gedicht ‘Idioot in het bad’. “Dat was een grenservaring van een patiënt die in het bad, als was het een baarmoeder, even tot zichzelf kon komen.  Zelfs had ze zo’n ervaring ook en schreef daarover ‘Regressie in de supermarkt’. Ze wilde even heel klein zijn en de hand van haar vader in haar nek voelen. Het gedicht ‘Ouderdom’ gaat paradoxalerwijs over een jong vogeltje dat op de rand van het nest staat, klaar om uit te vliegen. Vaak verschijnt haar moeder in haar gedichten, altijd rustig, altijd aanwezig als de zee.”

Vogels zingen een voor een

Het is tijd voor de onthulling van het gedicht.  Met een knip komt het kunstwerk, de groene paradijsboom, los en blijft mooi voor het gedicht schommelen.

Tot slot horen we Janne Schra het gedicht zingen, waarbij ze het refrein diverse keren achter elkaar herhaalt: ‘Vogels, die zingen een voor een, niet tegelijk, en luistrend naar elkaar.’

 

Geplaatst in Muurberichten.